Op een redactie lopen vaak stagiaires in allerlei soorten en maten rond. Vorige week hadden we een snuffelstagiair van een middelbare school, Leonard. Vaak moeten deze stagiairs even een interviewtje doen om meer te weten te komen over het vak. Dit keer was ik het ‘slachtoffer’. Hierbij het door deze leerling uit de vierde klas VWO uitgewerkte interview *
Interview
1. Wat is uw naam?
Petra Messelink
2. Wat zijn de verschillende functies binnen het bedrijf? Zijn er verschillende afdelingen?
Het is een vrij platte organisatie. Op onze redactie heb je de redactiechef en daaronder doet iedereen min of meer hetzelfde. Maar je hebt wel verschillende redacties, je hebt bijvoorbeeld de redactie Eemland, de redactie Hilversum, maar bijvoorbeeld ook de kunstredactie en de sportredactie. En binnen die redacties heb je weer specialismen, dan hebben mensen een bepaalde rubriek of een bepaalde pagina onder hun beheer.
3. Hoe ziet een gewone dag er voor u uit?
Meestal kom ik rond half negen binnen, dan start ik de computer op en dan ga ik op zoek naar onderwerpen waar ik vandaag over ga schrijven. We krijgen ook mailtjes van allerlei mensen en organisaties, die kunnen we regelmatig goed gebruiken. Daarna kijk ik op social media (Facebook, Twitter), dan kijk ik naar wat mensen zeggen over de plaatsen waar ik over schrijf. Dan is van half tien tot tien uur de vergadering waar je ideeën inbrengt. Daarna ga je telefoneren voor je ideeën. Of je gaat de straat op. Heel belangrijk is ook het beeld, dus welke foto´s heb je en welke moet je nog bestellen. Dan is het gewoon interviews doen, je verhaal uittikken. Daarna ga je nog wat verhalen van collega´s lezen om te checken op spellings- of grammaticafouten en of het verhaal wel te begrijpen is.
4. Welke opleiding(en) heb je nodig voor deze functie?
Er zijn vier HBO-opleidingen journalistiek: Tilburg, Utrecht, Zwolle en Ede. Daarnaast heb je ook universitaire opleidingen journalistiek. Je kan na de HBO ook nog een master journalistiek doen aan een universiteit. Sommige mensen hebben ook gewoon een bepaalde studie gedaan en die zijn daarna journalistiek gaan doen. Maar tegenwoordig is het toch wel handig om een studie te doen die met journalistiek te maken heeft.
5. Welk schoolvak hoort hier dan (het meest) bij?
Nederlands is heel belangrijk, Engels ook omdat je toch ook Engelse stukken moet lezen. Iets als M&O is ook belangrijk om bijvoorbeeld begrotingen te kunnen lezen. Beeldende vorming vind ik ook wel belangrijk omdat je toch ook met beeld bezig bent. Een algemeen pakket en dan geen bèta pakket.
6. Wat zijn de leuke/makkelijke kanten van het beroep?
Het leukste is dat geen enkele dag hetzelfde is. Als je hier in de ochtend aankomt, weet je niet welke verhalen je vandaag weer gaat schrijven. Het is heel afwisselend. Maar bijvoorbeeld ook dat jij overal heen mag, lekker met je neus vooraan staan. En je hebt heel veel contact met mensen. Maar je krijgt ook contact met minder leuke mensen die het niet helemaal eens zijn met je verhaal.
Zijn er dan ook nog wat makkelijkere dingen of moet je voor alles toch wel echt goed je best doen?
Soms heb je van die persberichtjes die binnen komen die je dan even ombouwt. Dat is even een soort tussendoortje tussen de grote verhalen. Dat is meestal vrij simpel werk.
7. Wat zijn de meer vervelende/moeilijkere kanten van het beroep?
Het vervelendste vind ik is dat we met weinig mensen zitten. Waardoor je minder onderzoek kan doen. Ik zou ook graag meer doen aan verhalende journalistiek. Dat is een andere manier van omgaan met een verhaal. Het ligt een beetje op de grens van fictie en non-fictie. Dat kost meer tijd en die tijd heb je niet. Je wil natuurlijk elke dag het mooiste verhaal schrijven, maar door die tijdsdruk (omdat je dus met weinig mensen zit) kan dat gewoon niet.
8. Zou u deze baan nog steeds hebben gekozen als wist wat alle voor- en nadelen zin?
Ja, zeker. Honderd procent. Ik werk ook als docent in Ede voor de HBO opleiding journalistiek. Ik werk daar graag omdat het journalistiek te maken heeft. Dat ik daar dan weer mensen kan leren de journalistiek in te gaan. Ik vind journalistiek echt een geweldig vak. En ik kan het iedereen aanraden.
9. Vindt u de verhouding tussen het aantal werkuren en het aantal vrij uren en het loon dat daarbij hoort goed?
Het loon is goed, daar gaat het niet om. Maar dit is zo´n baan waarbij je social media (Facebook, Twitter) continu in de gaten moet houden, ook al werk je parttime. Dus je doet thuis ook werk buiten de gewone werkuren. Soms heb je een dag waar je al om vijf uur naar huis kunt, maar het werk loopt gewoon door. Je moet dus vrij flexibel zijn.
Dus ook al ben je vroeg klaar met werken, het gaat altijd door?
Ja. Het is wel mijn manier om in het vak te staan. Andere mensen kunnen dat anders doen, maar mijn manier is toch wel om het nieuws allemaal in de gaten te houden.
10. Merkt u nog iets van de financiële crisis? Hoe heeft dat dan effect op u of andere mensen van de redactie?
Ja, op een gegeven moment, rond 2008, is de advertentiemarkt ingezakt. Daarvoor hadden we heel veel advertenties. Al voor de crisis zag je dat minder mensen een abonnement namen, maar dat werd dan nog wel opgevangen door de advertenties. Maar toen dat ook inzakte is het allemaal wel heel hard gegaan, we moesten dus ook veel op kosten gaan bezuinigen. Toen ik hier in 1997 kwam, werkten we hier met 250 mensen. Dat is dan wel inclusief drukkerij en alles. Dat was nog voordat door een groter bedrijf zijn overgenomen. Toen deden we nog alles zelf. En nu werken we hier met 23 mensen. Een deel van de krant wordt wel in Alkmaar gemaakt, dus laten we zeggen dat 20-25% is overgebleven.
11. Wat is belangrijk om goed te kunnen bij deze baan ? Wat zou bijvoorbeeld veel indruk maken bij een sollicitatiegesprek?
Dat je doortastend bent, flexibel, nieuwsgierig, dat je heel goed gefocust bent op je werk. En dat je je in zekere zin al bewezen hebt. Bij de opleiding waar ik werk raden we studenten ook aan om freelancebaantjes te doen. Blogs maken helpt ook heel erg. Er wordt ook veel gekeken naar je social media dus je moet geen rare dingen op Facebook zetten. En goede blogs maken helpt dus ook.
Ook als je bijvoorbeeld met iemand praat is het toch belangrijk om de hoofdzaken er uit te halen en die in een goed verhaal te zetten?
Ja precies. Dat zijn die journalistieke dingen. Je moet wel snel tot de kern komen. Dat is ook wel iets wat je op school aangeleerd wordt, maar je moet het inderdaad wel goed kunnen. Je moet wel goed kunnen analyseren ja.
12. Is er vaak spanning omdat de deadline re aankomt?
Nee, niet echt. Maar dat komt doordat we dat heel strak in de gaten houden. Als je gaten ziet dan ga ik wel even naar collega´s en vraag of ze die even op kunnen vullen.
En dat kunnen die collega´s dan meestal wel even doen?
Ja. soms schrijf je gewoon anderhalve pagina per dag. Dus je moet ook wel veel kunnen schrijven. Je moet wel door kunnen gaan. Je moet niet te veel tijd verspillen aan zoeken. Dat kan namelijk nog wel eens lastig zijn. Bijvoorbeeld zoeken naar een goede foto. De druk ligt dus niet in ´kunnen wij genoeg onderwerpen verzinnen´ maar in ´hebben wij een goede foto´.
13. Hebben jullie soms problemen i.v.m. een verhaal dat jullie wouden plaatsen, maar wat niet geplaatst mocht worden?
Mensen proberen regelmatig om dingen uit de krant te houden. Daar moet je ook mee om kunnen gaan. Jij hebt als journalist de taak om nieuws te brengen en sommige mensen vinden dat geen leuk nieuws. Ik heb zelf een keer een stuk geplaatst waarvoor de krant voor het gerecht is gedaagd.
Was dat uiteindelijk nog goed opgelost?
Ja uiteindelijk hebben wij die zaak toen gewonnen en ik heb er van geleerd dat je heel zorgvuldig moet formuleren. Er moet geen twijfel over blijven. Je leert dus ook van dit soort dingen.
* Feitelijke onjuistheden zijn uit dit artikel door mij verwijderd 😉
Leuk zo! Feitelijke onjuistheden verwijderd – leuk dat je spel- en taalfoutjes hebt laten staan haha 🙂